Marjolijn Eshuis, is raadscommissielid voor de PvdA en schrijft maandelijks een column in de Voorschotense Krant
Marjolijn Eshuis, is raadscommissielid voor de PvdA en schrijft maandelijks een column in de Voorschotense Krant Foto:

Overeenstemming en weerstand

Op de warmste 17de juni ooit bespreekt de commissie Wonen, Ruimtelijke Orde & Groen de verduurzaming van het gemeentelijk vastgoed en het afvalbeleid. Ik moest even kijken bij het agendapunt ‘grondstoffen’. Het moet dan ook bij mij, geïnteresseerd en actief met dit onderwerp bezig, nog even landen dat we ons buigen over ons afval.

Het Voorschotense “afval” bestaat maar liefst voor driekwart uit grondstoffen die prima gerecycled zouden kunnen worden; materialen als GFT, papier en plastic, die een goede basis vormen voor iets moois, maar nu bij het restafval belanden. Misschien kunnen we het daar een volgende keer in meer detail over hebben.
Na die tropische vergadering onder het kiepraam viel ik in het staartje van Nederland-Oostenrijk: 2-0 voorsprong. Mooie score! Wat grondstoffen betreft ziet de score er omgekeerd uit: we staan als Voorschoten 2-0 achter op de landelijke doelstelling, ondanks inspanningen van gemeente en inwoners; tenminste, als u meedoet om grondstoffen zoveel mogelijk van restafval te scheiden.
Ik zapte even naar Nieuwsuur en daar aan tafel bij Jeroen Wollaars zat Niek Mouter (TU Delft) over wie ik eerder schreef. Hij heeft een methode ontwikkeld om burgers mee te laten praten over onderwerpen die hen raken. Inwoners van Montfoort beklaagden zich over hun aandeel in het gesprek over de plaatsing van windmolens in het kader van de energiestrategie. Ze mochten spreken maar geluisterd werd er niet, vonden zij.

Die methode zet inwoners op de stoel van bestuurders. Ze krijgen zo inzicht in de keuzeprocessen en kunnen meedenken over manieren om de energietransitie vorm te geven. Ze worden zich bewust van schaarste (niet alles is mogelijk), de lastige keuzes die de gemeenten moeten maken en hun voor- en nadelen. De methode is bovendien laagdrempelig, en door een brede groep te betrekken creëer je direct draagvlak. Er staan twee vragen centraal: wat zijn de principes waar mensen het over eens zijn, en waar zit de weerstand?

Dezelfde vragen kun je stellen in het gesprek over een ‘multifunctioneel huis van Voorschoten’. Onlangs presenteerde een groep inwoners een alternatief plan voor een nieuwe multifunctionele accommodatie in het centrum, onder het motto: ‘meer voor minder geld’. Het alternatief is ontstaan uit het idee de aantrekkingskracht van het centrum te vergroten en een gemeenschapshuis te ontwikkelen waar ruimte is voor alle groepen. De Cultuurfabriek, ondernemers en andere Voorschotense organisaties willen al langer een grotere accommodatie voor activiteiten van alle partijen. Liefst in het centrum, dat zo een extra boost krijgt. De coalitie en SP verwezen het voorstel voor de uitwerking van zo’n tweede variant – naast de bibliotheekoptie – eind vorig jaar naar de prullenbak. Wethouder Cramwinkel: “Mijn telefoon staat altijd aan. Als iemand een goed idee heeft, valt daarover te praten. Maar wij leggen de verantwoordelijkheid van dat initiatief niet bij de gemeente, maar bij initiatiefnemers in het dorp. Laten we eens kijken welke creatieve ideeën er dan komen.”

Zo'n idee vanuit de samenleving ligt er, geheel op eigen kracht ontwikkeld. De initiatiefnemers: "Met een bruisend centrum, wonen in een attractief, duurzaam en cultureel Voorschoten bieden wij een alternatief. Naast een goedkopere financiële oplossing geven wij oplossingen voor duurzaamheid, wonen, parkeren, geluidsoverlast, groenvoorziening en monumentenbeleid”.

Op de heetste 17de juni ooit stuurt het college een brief naar de gemeenteraad: het ontwerp voor een nieuwe multifunctionele accommodatie in de bibliotheek is gereed, maar het definitieve besluit hierover wordt naar het najaar uitgesteld om de financiële onderbouwing verder uit te werken en de voorstellen van het burgerinitiatief op de plek van Kruispuntkerk nader te bekijken. Kern van het gesprek is mijns inziens altijd geweest: hoe ziet volgens gebruikers dat gemeenschappelijke huis er idealiter uit, welke meerwaarde heeft de ontwikkeling ervan op de voorgestelde locaties, wat zijn de nadelen en is het financieel haalbaar? En beoordeel alle initiatieven op hun merites. Dan nog die twee vragen: Waarover zijn we het met elkaar eens? En waar zit eventuele weerstand?