Hossen met Hugo

Ik ben blij dat alle buitenevenementen weer zonder beperkingen mogen plaatsvinden. Dat scheelt een hoop ergernis. Niet alleen voor de mensen die niet naar een festival konden. Maar ook voor de mensen die wel naar het stadion mochten.

De mensen in het stadion die bijna slachtoffer werden van het klikspaantje voorin in de klas. Het klikspaantje, de evenementenbranche, die bij meester De Jonge aan het mouwtje trok, om de voetbalsupporters die te dichtbij elkaar zaten te verklikken. Het klikspaantje die anderen misgunt wat hij niet heeft.

Begrijp me niet verkeerd, ik vind zeker dat de evenementenbranche in hun recht staat om te demonstreren. Ik heb ook niks tegen de ‘Unmute Us!’ demonstraties. Maar demonstreren kan ook zonder een andere sector neer te halen. 

Bedenk argumenten waarom jouw festival wél zou moeten mogen doorgaan. Dat is veel beter dan het jij-bakgejammer wanneer Hugo de Jonge niet op zijn plekje zit in het stadion.

Die arme Hugo die, door het klikspaantje, ‘De Kuip’ voor de bühne op de vingers moest tikken. Die arme Hugo die daarna met zijn zoontje naar Feyenoord kwam, om vervolgens uit 30.000 kelen “Hugo houd je bek” te horen. 

Het is de klikcultuur die deze situaties veroorzaakt. De klikcultuur is een voetballer die iemand een rode kaart aannaait. Dat is een teamleider van een wielerploeg die bij de jury meldt dat een wielrenner achter zijn auto uit de wind rijdt. 

Dat is een Voorschotenaar die zo snel mogelijk een post deelt op ‘je bent een Voorschotenaar als je...’, wanneer er te veel rook van de barbecue van de buurman komt. Of een Voorschotenaar die moet benadrukken dat iemand een halve minuut vuurwerk afsteekt. 

Het zijn die klikkers die me ergeren. Klikkers zijn niet populair en dat zullen ze niet worden ook. 

Gelukkig voor Hugo mogen we weer hossen in het stadion. Hij hoeft dus niet meer, voor de klikkers van de evenementenbranche, De Kuip op de vingers te tikken. 

Maar laten we die klikcultuur alsjeblieft achterwege laten in Voorschoten en op haar facebook- pagina’s.

Stan Perel