150 jaar familie Teske in Voorschoten. Jan vertelt:

Kapper en barbier Jan Teske zit begin september 50 jaar in het vak. Tegelijkertijd viert hij dat zijn familie bijna 150 ondernemer is in Voorschoten. In de aanloop naar dit jubileum vertelt Jan over zijn voorvaderen en het kappersvak.

Voorschoten - Als zijn vader in 1886 overlijdt, is Elias Johannes Teske 25 jaar. Hij heeft er dan al een paar jaar opzitten als kleermaker en barbier en is beide vakken al machtig. Maar vader Teske is jong gestorven en dus moet Elias alleen verder. Tegelijkertijd heeft moeder Teske nog andere kinderen te onderhouden en probeert de kost als wasvrouw in Wassenaar te verdienen. 'Zij vond dat Elias de kans moest hebben om een bestaan voor hemzelf en zijn gezin op te bouwen', vertelt Jan. 'Het was armoe troef in die jaren. Elias Johannes is in de eerste plaats kleermaker. Alhoewel het steeds meer om verstelwerk gaat dan om nieuwe kleding. Als er iemand binnen kwam om te worden geknipt en geschoren, dan werd de naaitafel opzij gezet en mocht de klant in een stoel gaan zitten. Dat is net zo'n stoel als bij mij voor de winkel staat', lacht Jan. 'Dit verhaal heb ik overigens van Arie van de Berg, alias de klutser. Waarom hij zo heette laat ik graag aan de fantasie van de lezer over', grijnst hij.
Maar Elias Johannes werkt hard door. Hij trouwt met Hendrika van Itterson en het paar krijgt 10 kinderen. Niet veel daarvan hebben het overleefd. 'De jongste dochter was mijn tante Marie. Die heb ik nog gekend. Zij trouwde met aardappelboer Van Berne. Van haar heb ik onder andere het verhaal over de faillissementen. Als een ondernemer, en het is Elias Johannes ook overkomen, de rekeningen niet meer konden betalen, werd de boedel op straat gezet om te verkopen. Maar wie er het lef had om een bod uit te brengen, werd gemolesteerd. En omdat de boel niet werd verkocht, ging het weer terug het huis is, en werd het faillissement teniet verklaard. De schande was al erg genoeg, volgens mijn tante.

Later komt een van de zonen bij mijn overgrootvader in de zaak, de ander, mijn grootvader, gaat op de tuin werken bij Gerritsen aan de Veurseweg. Maar tijdens een gesprek tussen beide broers komt al gauw naar voren dat ze allebei niet erg gelukkig zijn in hun baan en ze besluit van werk te ruilen. Grootvader Johannes Elias, roepnaam Jan, wordt kleermaker en kapper en zijn broer gaat naar de tuin.

Volgende maand het verhaal van opa Jan Teske en het kappersvak.